Foto: Rob Buiter
Foto: Rob Buiter

Willen weten wat rosse grutto’s eten

Voor een promovendus die zijn dissertatie schrijft over de ecologie van de rosse grutto begint alles bij onderzoek van het dieet van deze vogels. Maar dat valt nog niet mee, weet Sjoerd Duijns inmiddels. ‘Door de telescoop had ik al wel gezien dat ze in najaar en winter vooral wormen eten, maar welke? En hoe groot zijn die? Hoeveel energie halen ze eruit?’ Duijns liep op gepaste afstand achter de foeragerende vogels aan, verzamelde hun uitwerpselen, en samen met biologiestudente Annis Hidayati van de Universiteit in Bangka Belitung, Indonesië, bracht hij vele duizenden, millimeters grote kaken en borstels van de verschillende wormen op naam.

Duijns onderzocht de rosse grutto’s gedurende de wintermaanden in vijf verschillende getijdegebieden: Dublin Bay in Ierland, The Wash aan de Britse oostkust, het Duitse Waddeneiland Sylt en de Zeeuwse delta en Griend in eigen land. Duijns: ‘Bij hoog water zocht ik de vogels op en zodra het water ging zakken volgde ik ze op een meter of honderd afstand. Op die manier wist ik zeker dat we verse uitwerpselen konden verzamelen. Ook nam ik monsters uit de bovenste dertig centimeter van de bodem, om te zien wat de vogels potentieel ter beschikking hadden.

Kaken, scharnieren en borstels

In de uitwerpselen van de vogels konden Duijns en Hidayati nog verschillende prooiresten herkennen. Daarnaast konden zij alle onderdelen opmeten om de prooigroottes te reconstrueren. ‘Met name het uitzoeken van kaakjes en borstels van wormen was geen klus voor mensen zonder geduld’, zegt biologiestudente Hidayati met gevoel voor understatement. ‘Maar zeker de kaken zijn onder de microscoop prachtig om te zien. De borsteltjes waren nog de grootste uitdaging, vooral omdat het er zo enorm veel zijn. Uiteindelijk kun je door dit soort determinaties en tellingen wel een goede indruk krijgen van de soort en de aantallen wormen in het dieet.’

Zeeduizendpoten

Uit de analyses van de poep blijkt dat de rosse grutto’s met name veel meer zeeduizendpoten eten dan je op basis van de beschikbaarheid zou verwachten. Bovendien hadden de vogels een duidelijke voorkeur voor de grotere exemplaren van deze wormen, vertelt Duijns. ‘Dat betekent dat ze blijkbaar heel gericht naar grote zeeduizendpoten zoeken en de kleinere exemplaren, en ook diverse andere prooien laten zitten. Van de wadpieren vonden we juist meer resten van korte exemplaren. We denken dat dit komt omdat de grote wadpieren in de wintermaanden dieper ingegraven zitten en dus moeilijker bereikbaar zijn voor deze vogels. Daarnaast weten we ook, dat deze wormen diep wegduiken wanneer er in de bodem wordt geprikt.’

Verandering van spijs

In totaal vonden de onderzoekers maar liefst 18 verschillende prooisoorten. Tussen de vijf verschillende onderzoeksgebieden bestond weliswaar wat verandering van spijs, maar in grote lijnen was het stapelvoedsel toch vergelijkbaar: wormen, wormen en nog eens wormen. ‘In die zin is het niet verwonderlijk dat de rosse grutto het de laatste jaren goed doet. Waar schelpeneters als de kanoet hard achteruit gaan, neemt het aantal rosse grutto’s in onze contreien toe. Dat strookt ook met gegevens uit de bodembemonstering van SIBES, waar op heel veel plaatsen zeeduizendpoten worden gevonden’, aldus Duijns.

Beschamend

Het promotieonderzoek van Duijns valt onder auspiciën van hoogleraar dierecologie Theunis Piersma. Die moet erkennen dat met dit onderzoek van zijn promovendus eindelijk een enigszins beschamende leemte wordt gevuld. ‘Voedselonderzoek is de basis van ecologie, maar zie dit lastige voedselonderzoek bij de rosse grutto gerust als hooghangend fruit’, lacht Piersma. ‘Bij een vogel als de kanoet kun je de voedselvoorkeuren nog relatief makkelijk in gevangenschap onderzoeken. De rosse grutto daarentegen is een enorme zenuwlijder. Die kun je niet makkelijk in gevangenschap houden. Het monnikenwerk van Sjoerd en Annis laat zien dat het alternatief ook niet makkelijk was.’

De sterke voorkeur van de rosse grutto voor een dieet van wormen heeft Piersma enigszins verbaasd, erkent hij. ‘In Roebuck Bay in Australië en ook rond de Gele Zee bij China eten deze vogels wel degelijk schelpdieren. Zelfs de “gewone” IJslandse grutto, die op het boerenland op een strikt dieet van wormen leeft, eet rond Frankrijk ook schelpdieren. Dat de rosse dus zo’n sterke voorkeur heeft voor wormen heeft mij wel verrast ja. Met deze analyses kunnen we voorlopig wel weer voort in het ecologisch onderzoek rond de rosse grutto.’

Nadere informatie: Sjoerd.Duijns@nioz.nl

artikel: duijns, s., hidayati, n. a. & piersma, t. 2013. bar-tailed godwits limosa l. lapponica eat polychaete worms wherever they winter in europe. bird study, in press, http://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/00063657.2013.836153#.UlPverH8K71

Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee Sovon vogelonderzoek Nederland Nederlands Instituut voor Ecologie Vogeltrekstation Stichting natuurinformatie Werkgroep Lepelaar Rijksuniversiteit Groningen Universiteit van Amsterdam Global Flyway Network in Australia